Vragen over Wijzigingen fonds 2025
-
Hoe werkt de overgang van de oude fondsen naar de nieuwe fondsen?
De namen veranderen per januari 2025. De inhoud verandert geleidelijk, over een periode van 12 maanden. Je merkt hier als lid niets van en hoeft ook geen actie te ondernemen als je voor de standaard lifecycle kiest.
-
Waarom is er gekozen voor een geleidelijke overstap naar het vernieuwde fonds en wordt de wijziging niet in één keer doorgevoerd?
Dit doen we zo vanuit het oogpunt van risicospreiding en kostenbeheersing. Als we het in één keer zouden doen dan moet een deel van de portefeuille verkocht worden en een ander deel bijgekocht. Daar zijn kosten aan verbonden. Maar minstens zo belangrijk is het spreiden van het risico. Als bepaalde delen van de portefeuille flink zouden stijgen of dalen op het moment dat je in één keer deze wijziging doorvoert dan kan dit een flink effect (zowel positief als negatief) veroorzaken. Door de wijziging geleidelijk te doen, spreiden we dit risico. Vergelijkbaar met gespreid inleggen wat we onze deelnemers altijd adviseren.
-
Wat gebeurt er als ik al in de afbouwfase van de lifecycle zit? Deze is van 10 naar 15 jaar gegaan, hoe werkt dat dan?
Je komt vanzelf in de nieuwe lifecycle terecht, je zult hier niets van merken.
-
Waarom gaat de uitstapvergoeding omhoog?
Onze bewaarbank Caceis rekent per 2025 hogere kosten. Daardoor wordt de kostprijs van de transacties iets hoger. Wij verdienen hier niet aan; dit is simpelweg wat het aan- en verkopen van beleggingen voor BrightPensioen kost.
-
Wat is het effect van de fondswijziging op de duurzaamheid van mijn beleggingen?
Bij Bright is duurzaam beleggen een belangrijke pijler en we streven naar een CO2 neutraal fonds. Onze duurzame (aandelen) ETF’s kwalificeren als lichtgroen. Onze green bonds in het fonds Inkomen zijn impactbeleggingen (donkergroen). Omdat de verdeling aandelen / obligaties in de opbouwfase in de Standaard Lifecycle wijzigt van een 60/40 verhouding naar 75/25, betekent dit dat het percentage greenbonds – dus impact beleggingen – in de opbouwfase lager wordt. In de (langere) afbouwfase bouwen we af naar een 30/70 verhouding, zodat het percentage greenbonds weer toeneemt. In de nieuwe structuur krijg je wel de mogelijkheid om voor een groter deel in impact beleggingen (green bonds) te beleggen. Dit heeft wel een impact op het verwachte rendement: het te verwachten rendement (en risico) van green bonds is immers lager dan dat van de duurzame ETF’s.
-
Is de nieuwe Standaard Lifecycle offensiever dan de oude (neutrale) lifecycle?
De nieuwe Standaard Lifecycle is in de opbouw offensiever, maar compenseert dit ook weer door de langere afbouw. De oude (neutrale) lifecycle had een verdeling van 60% aandelen en 40% obligaties. De nieuwe Standaard Lifecycle heeft een offensievere startperiode (75% aandelen, 25% obligaties) en een langere afbouwperiode (70% obligaties en 30% aandelen).
-
Waarom heeft Bright begin 2025 gekozen voor een fondsaanpassing?
We hebben de Standaard Lifecycle aangepast omdat deze naar verwachting een betere risico-rendementverdeling oplevert. Daarnaast biedt de nieuwe structuur met een apart aandelen en obligatiefonds de flexibiliteit om meerdere lifecycles aan te bieden of een eigen verdeling te kiezen. Hiermee komen we tegemoet aan een wens van een deel van onze leden.