Vragen over Jaarruimte & reserveruimte

Terug naar alle vragen DGA Werkgever Werknemer Zzp'er

  • Bijdrage berekenen voor het pensioen van je medewerkers

    Hoeveel en op welke manier een werkgever bijdraagt is een afspraak tussen werkgever en werknemer. Hier sta je als werkgever in principe helemaal vrij in. Natuurlijk mèt inachtneming van de regels omtrent gelijke behandeling en beloning van werknemers.

    In 2023 is de fiscale ruimte flink vergroot en dit biedt meer mogelijkheden. Het jaarruimtepercentage is verhoogd van 13,3% naar 30%. Mensen kunnen nu dus veel meer opbouwen en je medewerker zal niet snel over het maximum gaan.

    Echter: vanaf 2024 is ook de AOW-franchise verhoogd. De AOW-franchise is het bedrag waarover je géén pensioen mag opbouwen. Dat werd verhoogd van € 13.646 naar € 17.545. En dat heeft dus een negatief effect op de hoogte van je inleg, medewerkers met een laag inkomen zullen toch minder jaarruimte hebben. Zie verderop voor meer uitleg.

    Let op: de pensioenbijdrage binnen de derde pijler gaat in de vorm van een toelage op het salaris. Het is niet toegestaan dat deze bijdrage in 2024, als gevolg van een hogere franchise, lager wordt.

    Goed om te weten: het is niet noodzakelijk om deze (aangepaste) franchise te hanteren voor je werkgeversbijdrage. Belangrijk is dat je medewerkers niet boven het fiscale maximum komen met hun inleg. Misschien is dit het moment de pensioenbijdrage voor je medewerkers te heroverwegen.

    In de praktijk komen wij de volgende manieren om de bijdrage te bepalen het meest tegen:

    1. Een werkgeversbijdrage als % van het bruto maandsalaris.

    Voorbeeld: Hanna verdient € 3.000 bruto per maand. De werkgeversbijdrage is bepaald op 5% van het maandsalaris. De bijdrage komt dan neer op 5% van € 3.000 =  € 150 bruto per maand.
    Voordelen: Hiermee maak je het jezelf administratief makkelijk. Je bent niet afhankelijk van een – jaarlijks wijzigende – franchise. Ook is dit eerlijker. Medewerkers krijgen allemaal eenzelfde percentage van hun loon. En een franchise is immers ongunstig voor medewerkers met een laag inkomen (zie verderop).                                                                  Nadeel: Met name bij mensen met een laag inkomen is het mogelijk om boven de franchise uit te komen (zie verderop).

    2. Een werkgeversbijdrage als % van de officiële grondslag.

    Voorbeeld: Hanna verdient € 3.000 bruto per maand. De werkgeversbijdrage is 8% van de grondslag voor lijfrente. De grondslag is het bruto jaarinkomen van het vorige jaar minus de AOW-franchise. Het bruto jaarinkomen van Hanna is € 38.880 (12 x € 3.000 + vakantiegeld). Trek je daar de AOW-franchise vanaf dan kom je op € 38.880 – € 17.545 = € 21.335 als grondslag voor de lijfrente. 8% x € 21.335 = €1.706,80. Dit komt neer op
    € 142,23 werkgeversbijdrage per maand.
    Voordeel: Op deze manier is het niet mogelijk om per ongeluk meer dan de jaarruimte in te leggen.
    Nadelen: Deze franchise wordt elk jaar hoger. In 2024 is deze zelfs flink verhoogd van € 13.646 naar € 17.545. Je moet de bijdrage dan steeds wijzigen als de franchise wijzigt. Je moet het inkomen van het vorige jaar nemen voor het bepalen van de inleg van het lopende jaar. Ook is een franchise ongunstig voor medewerkers met een laag inkomen (zie verderop).

    3. Een werkgeversbijdrage als % van een fictieve grondslag.

    Een fictieve grondslag is het bruto jaarsalaris minus een vast bedrag, dat vergelijkbaar is met (maar niet hetzelfde als) de AOW-franchise. We nemen € 15.000 als voorbeeld van dit vaste bedrag.
    Voorbeeld: Hanna verdient € 3.000 bruto per maand. De werkgeversbijdrage is 8% van de grondslag. Het bruto jaarinkomen van Hanna is € 38.880 (12 x € 3.000 + vakantiegeld). Trek je daar de € 15.000 vanaf dan kom je op € 23.880 fictieve grondslag. 8% x € 23.880 = € 1.910,40. Dit komt neer op € 159,20 werkgeversbijdrage per maand.
    Voordelen: Ten opzichte van optie 2: de berekening hoeft niet elk jaar te worden aangepast. En het zal ook hierbij niet snel voorkomen dat iemand per ongeluk meer dan de jaarruimte inlegt.
    Nadelen: Je neemt het inkomen van het vorige jaar voor het bepalen van de inleg van het lopende jaar. Een franchise is ongunstig voor medewerkers met een laag inkomen (zie verderop).

    Let op werknemers met een laag inkomen:   

    Voor mensen met een laag inkomen is er, ondanks het hogere percentage jaarruimte, een risico dat ze meer inleggen dan hun jaarruimte toelaat. Dat komt door de verhoogde AOW-franchise.

    Het omslagpunt voor dat risico van een te hoge inleg ligt op een jaarinkomen van € 20.650. Bij dit inkomen heb je een jaarruimte van € 932 per jaar. Deze jaarruimte geldt zowel in de berekening van begin 2023 (13,3 % over een pensioengrondslag van (€ 20.650 – € 13.343 =) € 7.004) als in de berekening van begin 2024 (30% over een pensioengrondslag van (€ 20.650 – € 17.545 =) € 3.105) . Verdient iemand minder dan € 20.650, dan heeft hij of zij dus in 2024 minder jaarruimte dan vorig jaar.

    Toch is het mogelijk om – via optie 1 – alle werknemers hetzelfde percentage te geven. Zo kan voor de werknemers die zo weinig verdienen dat ze hierdoor boven de jaarruimte uitkomen, op een (box 3) beleggingsrekening worden ingelegd. Een andere optie is om voor het bedrag dat boven de jaarruimte ingelegd is, jaarlijks een zogeheten saldoverklaring aan te vragen. Met deze saldoverklaring  Op deze manier geef je toch al je werknemers hetzelfde.

    Het is dus belangrijk om altijd te controleren of de medewerker voldoende jaarruimte heeft. Dat kan eenvoudig met onze jaarruimte tool.

  • Wat zijn de fiscale cijfers voor jaarruimte 2024?

    Hieronder vind je een overzicht van de jaarruimte en reserveringsruimte cijfers 2024.

    Maximale jaarruimte 2024 € 36.077
    Maximale reserveringsruimte 2024 (je mag tot tien jaar terug inhalen) € 41.608
    Maximale inkomen waarover je jaarruimte mag berekenen € 137.800
    AOW-franchise 2024 € 17.545

     

  • Wat als ik te weinig jaarruimte of reserveringsruimte heb om mijn lidmaatschapskosten fiscaal aftrekbaar te maken?

    In dat geval verandert er voor jou weinig. De lidmaatschapskosten waren netto € 210 en deze blijven € 210.

    Maar grote kans dat je toch iets profijt hebt, omdat de jaar- en reserveringsruimte per 2023 flink vergroot is (van 13,3% naar 30%).

  • Ik heb geen inleg gedaan. Moet ik toch belastingaangifte doen?

    Ja, als je belastingvoordeel wilt hebben over je lidmaatschapskosten, wel. Ook wanneer je geen inleg hebt gedaan voor je pensioen. Wij incasseren de lidmaatschapskosten namelijk als inleg (zo vind je ‘m ook terug op je jaaroverzicht). Het lidmaatschap is daardoor aftrekbaar, maar je moet dit wel zelf doorgeven tijdens de belastingaangifte (samen met je eventueel ingelegde jaar- en reserveringsruimte).

  • Verdient Bright aan mijn vermogen, als de lidmaatschapskosten als inleg worden geïncasseerd?

    Bright verdient nog steeds niet aan jouw vermogen. Wij incasseren het vaste lidmaatschapsbedrag náást je standaard inleg. Het gaat dus niet ten koste van die inleg. En we komen verder niet aan je pensioenpot.

  • Hoe kan ik mijn inleg wijzigen of geld overboeken van beleggingsrekening naar pensioenrekening?

    Heb je nog jaarruimte? En wil je zoveel mogelijk belastingvriendelijk inleggen? Dan kun je jouw inleg doorgeven of wijzigen in de online portal. Heb je jouw jaarruimte ingelegd op je beleggingsrekening? Dan kun je deze in de online portal overboeken naar je pensioenrekening. Hieronder vind je de stappen.

    Inleg instellen pensioenrekening

    1. Ga naar de online portal en log in.
    2. Klik op jouw pensioenrekening en scroll omlaag. Bij “wijzig hier jouw inleg” geef je je inleg door. Je kunt een eenmalige ineg en/of periodieke inleg instellen. Vergeet niet om op “opslaan” te klikken!

    Geld overboeken beleggingsrekening naar pensioenrekening

    1. Ga naar de online portal en log in.
    2. Klik op jouw beleggingsrekening, scroll omlaag en kies bij “inleg en opname” voor “geld overboeken”. Selecteer bij “naar” jouw pensioenrekening! Geef het bedrag in dat je wilt overboeken van jouw beleggingsrekening naar je pensioenrekening en klik op “opslaan”.

    Kom je er niet uit? Neem dan contact op met onze klantenservice.

  • Wat is Factor A?

    De factor A laat zien hoeveel pensioen je hebt opgebouwd via jouw werkgever. Dit wordt ook wel pensioenaangroei genoemd. De factor A staat op het Uniform Pensioenoverzicht (UPO). Pensioenfondsen en -verzekeraars gebruiken de factor A om te berekenen hoeveel pensioen je kunt krijgen als je stopt met werken. Hoe hoger de factor A, hoe hoger jouw pensioen zal zijn. Onder andere je salaris en de betaalde pensioenpremies hebben hier invloed op.

  • Waar vind ik mijn UPO?

    UPO staat voor Uniform Pensioenoverzicht. Het is een document dat je van jouw pensioenfonds, pensioenverzekeraar of premiepensioeninstellingen krijgt. Om te zien bij welke pensioenaanbieders je in het verleden pensioen hebt opgebouwd, check je mijnpensioenoverzicht.nl. Daar vind je geen UPO’s, maar als je naar de website van die pensioenaanbieders gaat, kun je inloggen op jouw persoonlijke omgeving. Daar vind je jouw UPO.

    Op jouw UPO staat hoeveel pensioen je tot nu toe hebt opgebouwd en hoeveel je kunt verwachten als je met pensioen gaat. En je vind er ook de zogeheten factor A. Deze staat voor pensioenaangroei. Dit bedrag / getal heb je nodig voor het berekenen van jouw jaar- en reserveringsruimte. Meestal staat deze ergens onderaan het overzicht (zie voorbeeld).

    Van een lijfrente-aanbieder (zoals BrightPensioen) krijg je geen UPO. Daar heb je inzicht in jouw pensioenopbouw, via een online portal. Daarnaast krijg je ieder jaar een jaaroverzicht met onder andere de opbrengsten en waarde van jouw vermogen.

  • Wat zijn de fiscale cijfers voor jaarruimte 2023?

    Hieronder vind je een overzicht van de jaarruimte en reserveringsruimte cijfers 2023.

    Maximale jaarruimte 2023 € 34.550
    Maximale reserveringsruimte 2023 (je mag tot tien jaar terug inhalen) € 38.000
    Maximale inkomen waarover je jaarruimte mag berekenen € 128.810
    Maximale premiegrondslag € 115.164
    AOW-franchise 2023 € 13.646
  • Wat zijn de spelregels van pensioen opbouwen met belastingvoordeel?

    Als je geld inlegt op je pensioenrekening, krijg je de betaalde belasting over je inleg terug. De inleg moet dan wel binnen jouw jaarruimte of reserveringsruimte vallen. De belasting betaal je later, als je met pensioen gaat. Maar in de regel is dit minder. Je betaalt daarnaast géén vermogensbelasting over je pensioenpot.

    Er zijn een paar spelregels waar je rekening mee moet houden:

    • Jouw jaarruimte heeft een maximum. Ga je hier overheen met jouw inleg? Dan heb je over dat deel geen belastingvoordeel.
    • Jouw pensioenpot staat vast. Je mag hier dus niet aankomen totdat je met pensioen gaat (tenzij je langdurig arbeidsongeschikt raakt).
    • Wij beleggen het pensioenvermogen. Beleggen brengt risico’s met zich mee.
    • Heb je (ook) een flexibele (box 3) beleggingsrekening bij ons? Dan heb je daar géén fiscaal voordeel op. Je inleg op jouw beleggingsrekening is niet aftrekbaar en telt mee voor de vermogensbelasting.
  • Wat zijn de fiscale cijfers voor jaarruimte 2018?

    Hieronder vind je een overzicht van de jaarruimte en reserveringsruimte cijfers 2018.

    Maximale jaarruimte 2018 € 12.362
    Maximale reserveringsruimte 2018 (langer dan tien jaar voor AOW) € 7.167
    Maximale reserveringsruimte 2018 (tien jaar of minder voor AOW) € 14.152
    Maximale premiegrondslag 2018 (maximale inkomen waarover je jaarruimte mocht berekenen) € 105.075
    AOW-franchise 2018 € 12.129
  • Wat zijn de fiscale cijfers voor jaarruimte 2019?

    Hieronder vind je een overzicht van de jaarruimte en reserveringsruimte cijfers 2019.

    Maximale jaarruimte 2019 € 12.678
    Maximale reserveringsruimte 2019 (langer dan tien jaar voor AOW) € 7.254
    Maximale reserveringsruimte 2019 (tien jaar of minder voor AOW) € 14.322
    Maximale premiegrondslag 2019 (maximale inkomen waarover je jaarruimte mocht berekenen) € 107.593
    AOW-franchise 2019 € 12.678
  • Wat zijn de fiscale cijfers voor jaarruimte 2020?

    Hieronder vind je een overzicht van de jaarruimte en reserveringsruimte cijfers 2020.

    Maximale jaarruimte 2020 € 12.986
    Maximale reserveringsruimte 2020 (langer dan tien jaar voor AOW) € 7.371
    Maximale reserveringsruimte 2020 (tien jaar of minder voor AOW) € 14.552
    Maximale premiegrondslag 2020 (maximale inkomen waarover je jaarruimte mocht berekenen) € 110.111
    AOW-franchise 2020 € 12.472
  • Wat zijn de fiscale cijfers voor jaarruimte 2022?

    Hieronder vind je een overzicht van de jaarruimte en reserveringsruimte cijfers 2022.

    Maximale jaarruimte 2022 € 13.570
    Maximale reserveringsruimte 2022 (langer dan tien jaar voor AOW) € 7.587
    Maximale reserveringsruimte 2022 (tien jaar of minder voor AOW) € 14.978
    Maximale premiegrondslag 2022 (maximale inkomen waarover je jaarruimte mocht berekenen) € 114.866
    AOW-franchise 2022 € 12.837
  • Wat zijn de fiscale cijfers voor jaarruimte 2021?

    Hieronder vind je een overzicht van de jaarruimte en reserveringsruimte cijfers 2021.

    Maximale jaarruimte 2021 € 13.236
    Maximale reserveringsruimte 2021 (langer dan tien jaar voor AOW) € 7.489
    Maximale reserveringsruimte 2021 (tien jaar of minder voor AOW) € 14.785
    Maximale premiegrondslag 2021 (maximale inkomen waarover je jaarruimte mocht berekenen) € 112.189
    AOW-franchise 2021 € 12.672
  • Hoe bereken ik de reserveringsruimte 2022?

    De reserveringsruimte is een deel van de ongebruikte jaarruimtes van de afgelopen zeven jaar. Je berekent de reserveringsruimte door de jaarruimtes van afgelopen 7 jaar op te tellen. Wel heb je te maken met een maximum.

    Het berekenen van de reserveringsruimte kan lastig zijn, omdat de percentages, grondslagen en maxima verschillen per jaar. In 2022 gold bijvoorbeeld een maximum van € 7.587 (langer dan tien jaar voor je AOW) of € 14.978 (tien jaar of minder voor je AOW).

    Onze jaarruimte Excel-tool maakt het berekenen een appeltje-eitje.

  • Hoe bereken ik de jaarruimte over 2022?

    De jaarruimte 2022 wordt berekend op basis van wat je in 2021 hebt verdiend. Het is een percentage van het bruto-inkomen minus de AOW-franchise voor lijfrente. Dit heet de premiegrondslag. De maximum jaarruimte in 2022 was € 13.570.

    De AOW-franchise is het deel van het inkomen waarover je geen pensioen mag opbouwen, omdat je straks AOW krijgt. In 2022 is de AOW-franchise € 12.837. Over jouw inkomen boven de € 12.837 mag je 13,3% fiscaal vriendelijk opzij zetten.

    Voorbeeld: Stel dat je in 2021 € 60.000 verdiende. Dan is je jaarruimte 2021: (€ 60.000 – € 12.837) * 13,3% = € 6.272,68 per jaar, oftewel € 522,72 per maand. Dit mag je aftrekken tijdens de aangifte over het jaar 2022 (die je in 2023 doet). Het maximale inkomen waarover jouw jaarruimte mocht berekenen in 2021 was € 114.866.

    Let op! Had je een factor A of FOR opgebouwd? Dan heeft dat effect op je jaarruimte (en deze berekening). Onze jaarruimte tool houdt hier rekening mee.

  • Hoeveel oudedagsreserve (FOR) mag ik in 2022 doteren?

    De fiscale oudedagsreserve voor 2022 is 9,44% van je winst uit onderneming met een maximum van € 9.632.

  • Hoeveel oudedagsreserve (FOR) mag ik in 2021 doteren?

    De fiscale oudedagsreserve voor 2021 is 9,44% van je winst uit onderneming met een maximum van € 9.395.

  • Hoe bereken ik de reserveringsruimte over 2021?

    De reserveringsruimte is een deel van de ongebruikte jaarruimtes van de afgelopen zeven jaar. Je berekent de reserveringsruimte door de jaarruimtes van afgelopen 7 jaar op te tellen. Wel heb je te maken met maxima.

    Het berekenen van de reserveringsruimte kan lastig zijn, omdat de percentages, grondslagen en maxima verschillen per jaar. In 2021 gold bijvoorbeeld een maximum van € 7.489 (langer dan tien jaar voor je AOW) of € 14.785 (tien jaar of minder voor je AOW).

    Onze jaarruimte Excel-tool maakt het berekenen een appeltje-eitje.

  • Hoe bereken ik de jaarruimte over 2021?

    De jaarruimte 2021 wordt berekend op basis van wat je in 2020 hebt verdiend. Het is een percentage van het bruto-inkomen minus de AOW-franchise voor lijfrente. Dit heet de premiegrondslag. De maximum jaarruimte in 2021 was € 13.236.

    De AOW-franchise is het deel van het inkomen waarover je geen pensioen mag opbouwen, omdat je straks AOW krijgt. In 2021 was deze AOW-franchise € 12.672. Over jouw inkomen boven de € 12.672 mocht je 13,3% fiscaal vriendelijk opzij zetten.

    Voorbeeld: Stel dat je in 2020 € 60.000 verdiende. Dan is je jaarruimte 2021: (€ 60.000 – € 12.672) * 13,3% = € 6.294,62. Oftewel € 524,55 per maand. Dit mag je aftrekken tijdens de aangifte over het jaar 2021 (die je in 2022 doet). Het maximale inkomen waarover je jaarruimte mocht berekenen in 2021 was € 112.189.

    Let op! Had je een factor A of FOR opgebouwd? Dan heeft dat effect op je jaarruimte (en deze berekening). Onze jaarruimte tool houdt hier rekening mee.

  • Hoe bereken ik de reserveringsruimte over 2018?

    De reserveringsruimte is een deel van de ongebruikte jaarruimtes van de afgelopen zeven jaar. Je berekent de reserveringsruimte door de jaarruimtes van afgelopen 7 jaar op te tellen. Wel heb je te maken met maxima.

    Het berekenen van de reserveringsruimte kan lastig zijn, omdat de percentages, grondslagen en maxima verschillen per jaar. De reserveringsruimte is gemaximeerd. In 2018 gold een maximum van € 7.167 (langer dan tien jaar voor je AOW) of € 14.152 (tien jaar of minder voor je AOW).

    Onze jaarruimte Excel-tool maakt het berekenen een appeltje-eitje.

  • Hoe bereken ik de jaarruimte over 2018?

    De jaarruimte 2018 wordt berekend op basis van wat je in 2017 hebt verdiend. Het is een percentage van het bruto-inkomen minus de AOW-franchise voor lijfrente. Dit heet de premiegrondslag. De maximum jaarruimte in 2018 was € 12.362.

    De AOW-franchise is het deel van het inkomen waarover je geen pensioen mag opbouwen, omdat je straks AOW krijgt. In 2018 was deze AOW-franchise € 12.129. Over jouw inkomen boven de € 12.129 mocht je 13,3% fiscaal vriendelijk opzijzetten.

    Voorbeeld: Stel dat je in 2017 € 60.000 verdiende. Dan is je jaarruimte 2018: (€ 60.000 – € 12.129) * 13,3% = € 6.366,84. Oftewel € 530,57 per maand. Dit mag je aftrekken tijdens de aangifte over het jaar 2018 (die je in 2019 doet). Het maximale inkomen waarover je jaarruimte mocht berekenen in 2018 was € 105.075.

    Let op! Had je een factor A of FOR opgebouwd? Dan heeft dat effect op je jaarruimte (en deze berekening). Onze jaarruimte tool houdt hier rekening mee.

  • Hoe bereken ik de reserveringsruimte over 2020?

    De reserveringsruimte is een deel van de ongebruikte jaarruimtes van de afgelopen zeven jaar. Je berekent de reserveringsruimte door de jaarruimtes van afgelopen 7 jaar op te tellen. Wel heb je te maken met maxima.

    Het berekenen van de reserveringsruimte kan lastig zijn, omdat de percentages, grondslagen en maxima verschillen per jaar. De reserveringsruimte is gemaximeerd. In 2020 gold een maximum van € 7.371 (langer dan tien jaar voor je AOW) of € 14.552 (tien jaar of minder voor je AOW).

    Onze jaarruimte Excel-tool maakt het berekenen een appeltje-eitje.

  • Hoe bereken ik de jaarruimte over 2020?

    De jaarruimte 2020 wordt berekend op basis van wat je in 2019 hebt verdiend. Het is een percentage van het bruto inkomen minus de AOW-franchise voor lijfrente. Dit heet de premiegrondslag. De maximum jaarruimte in 2020 was € 12.986.

    De AOW-franchise is het deel van het inkomen waarover je geen pensioen mag opbouwen, omdat je straks AOW krijgt. In 2020 was deze AOW-franchise € 12.472. Over jouw inkomen boven de € 12.472 mocht je 13,3% fiscaal vriendelijk opzij zetten.

    Voorbeeld: Stel dat je in 2019 € 60.000 verdiende. Dan is je jaarruimte 2020: (€ 60.000 – € 12.472) * 13,3% = € 6.321,22. Oftewel € 526,77 per maand. Dit mag je aftrekken tijdens de aangifte over het jaar 2020 (die je in 2021 doet). Het maximale inkomen waarover je jaarruimte mocht berekenen in 2020 was € 110.111.

    Let op! Had je een factor A of FOR opgebouwd? Dan heeft dat effect op je jaarruimte (en deze berekening). Onze jaarruimte tool houdt hier rekening mee.

  • Hoe bereken ik de reserveringsruimte over 2019?

    De reserveringsruimte is een deel van de ongebruikte jaarruimtes van de afgelopen zeven jaar. Je berekent de reserveringsruimte door de jaarruimtes van afgelopen 7 jaar op te tellen. Wel heb je te maken met maxima.

    Het berekenen van de reserveringsruimte kan lastig zijn, omdat de percentages, grondslagen en maxima verschillen per jaar. De reserveringsruimte is gemaximeerd. In 2019 gold een maximum van € 7.254, als je geboren bent na 31 augustus 1962. Als je geboren bent voor 1 september 1962 was dit maximum € 14.322.

    Onze jaarruimte Excel-tool maakt het berekenen een appeltje-eitje.

  • Hoe bereken ik de jaarruimte over 2019?

    De jaarruimte 2019 wordt berekend op basis van wat je in 2018 hebt verdiend. Het is een percentage van het bruto inkomen minus de AOW-franchise voor lijfrente. Dit heet de premiegrondslag. De maximum jaarruimte in 2019 was € 12.678.

    De AOW-franchise is het deel van het inkomen waarover je geen pensioen mag opbouwen, omdat je straks AOW krijgt. In 2019 was deze AOW-franchise € 12.275. Over jouw inkomen boven de € 12.275 mocht je 13,3% fiscaal vriendelijk opzij zetten.

    Voorbeeld: Stel dat je in 2018 € 60.000 verdiende. Dan is je jaarruimte over 2019: (€ 60.000 – € 12.275) * 13,3% = € 6.347,43. Oftewel € 528,95 per maand. Dit mag je aftrekken tijdens de aangifte over het jaar 2019 (die je in 2020 doet). Het maximale inkomen waarover je jaarruimte mocht berekenen in 2019 was € 107.593.

    Let op! Had je een factor A of FOR opgebouwd? Dan heeft dat effect op je jaarruimte (en deze berekening). Onze jaarruimte tool houdt hier rekening mee.

  • Kan ik mijn levensloop tegoed overhevelen naar BrightPensioen?

    Fiscaal geruisloos overhevelen van een levenslooptegoed is in principe alleen mogelijk naar een tweede pijler pensioen. Bij een pensioenfonds, pensioenverzekeraar of premiepensioeninstelling.

    Je kunt het tegoed laten uitkeren. De aanbieder houdt dan loonheffing in op het uitgekeerde bedrag. Als het uitgekeerde bedrag binnen jouw jaar- en reserveringsruimte valt, kun je het bedrag inleggen als lijfrente. Eventueel in delen verspreid over een paar jaar. Vervolgens kun je ingehouden loonheffing weer terugvragen bij de Belastingdienst.

    Nog niet helemaal helder? We helpen je graag. Neem contact op.

  • Wat moet ik doen als ik ook elders pensioen opbouw(de)?

    Download onze jaarruimte tool en vul je factor A van dat jaar in. Deze vraag je aan bij jouw (vorige) aanbieder. Het staat overigens ook op je Uniform Pensioenoverzicht (UPO). Zo kun je een exacte berekening maken van jouw jaarruimte en belastingvoordeel.

  • Waar vind ik de handleiding van de jaar- en reserveringsruimte tool?

    De handleiding voor de jaar- en reserveringsruimte tool vind je hier.

  • Hoe bepaal ik op welke jaren van de jaar- en reserveringsruimte mijn inleg van toepassing is? En hoe specificeer ik dit?

    Allereerst even de definities van deze twee termen. De jaarruimte geeft aan hoeveel je dit jaar fiscaal vriendelijk opzij mag zetten voor jouw pensioen. De reserveringsruimte is een deel van de ongebruikte jaarruimtes van de afgelopen tien jaar.

    Dan nu het antwoord op de vraag. Als je dit jaar begint met inleggen, dan kun zelf kiezen of je de inleg wilt gebruiken om je jaarruimte of je reserveringsruimte te benutten. Deze keuze maak je bij de aangifte inkomstenbelasting voor het betreffende kalenderjaar. De inleg in het kalenderjaar 2023 geef je dus aan bij de aangifte inkomstenbelasting 2023 die je in het voorjaar van 2024 doet (of via een voorlopige teruggave). Bij de aangifte dien je aan te geven hoeveel je van je jaarruimte van dit jaar wilt gebruiken. En hoeveel reserveringsruimte je van de afgelopen tien jaar wilt gebruiken.

    Tip: het is slim om eerst de oudste reserveringsruimte te gebruiken, omdat deze mogelijk vervalt per het volgende kalenderjaar.

  • Hoe werkt dat belastingvoordeel nu precies?

    De pensioenrekening bij BrightPensioen is lijfrente. Als zzp’er of ondernemer leg je in vanuit je winst uit onderneming. Als je in loondienst bent, vanuit je nettosalaris. De belasting over jouw inleg, vraag je terug aan de Belastingdienst via de aangifte inkomstenbelasting. Daarom mag je niet onbeperkt inleggen. Wat je maximaal kunt inleggen heet jaarruimte.

    Het is uitgestelde belasting. Als je met pensioen gaat, betaal je alsnog belasting. Alleen betaal je dan in de regel minder belasting. Als je de AOW-leeftijd hebt bereikt, betaal je namelijk geen AOW-premie meer.

    Wat zeker zo belangrijk is: je pensioenpot is vrijgesteld van vermogensbelasting. Dat tikt op de lange termijn flink aan.

    Op deze manier pensioen opbouwen is daardoor fiscaal gezien een stuk aantrekkelijker dan ‘gewoon’ sparen.

  • Wat is de premiegrondslag?

    De premiegrondslag is het deel van jouw inkomen waarover je pensioen mag opbouwen. Je berekent de premiegrondslag door jouw bruto inkomen (met een maximum van € 137.800, in 2024) te verminderen met de AOW-franchise (€ 17.545, in 2023).

  • Hoe werkt de oudedagsreserve (FOR)?

    FOR staat voor fiscale oudedagsreserve. Het is een regeling waarmee IB-ondernemers een pensioenpot konden opbouwen, die per 1 januari 2023 is afgeschaft.

    Via de regeling kon je een deel van je winst reserveren als oudedagsreserve (FOR). Dit was in 2022 9,44% van de winst met een maximum van € 9.632. Deze reservering is vrijgesteld van inkomstenbelasting, maar je betaalt wel belasting over de uitkering.

    De voorwaarden die voor de FOR golden:

    • Je moet ondernemer zijn voor de inkomstenbelasting (ofwel “IB-ondernemer”), dus geen DGA.
    • Je moet voldoen aan het urencriterium.
    • Je FOR mag niet groter zijn dan je eigen vermogen.
    • Eventueel rendement op je FOR (bijvoorbeeld spaarrente of beleggingsrendement) moet je bij je inkomen optellen. Deze wordt dus belast.
    • Je mag de AOW-leeftijd nog niet bereikt hebben
  • Hoe vraag ik de inkomstenbelasting terug over mijn inleg bij BrightPensioen?

    Je legt bij BrightPensioen een bedrag in vanuit je inkomen of vanuit de winst uit onderneming. De belasting die je over dit bedrag betaald hebt, kun je terugvragen via de aangifte inkomstenbelasting. Standaard is dat eens per jaar.

    Stappen tijdens het doen van je aangifte inkomstenbelasting:

    • Ga naar de site van de Belastingdienst, ga naar Inloggen en vervolgens naar Mijn Belastingdienst en log in met je DigID.
    • Ga naar Inkomstenbelasting en selecteer het jaar waarin de inleg bij BrightPensioen heeft plaatsgevonden.
    • Open de aangifte inkomstenbelasting (of het verzoek voorlopige aanslag inkomstenbelasting).
    • De inleg voor BrightPensioen vul je in onder Uitgaven. Vink het vakje Uitgaven voor lijfrente. Alleen bij een pensioentekort aan.
    • Vul hier vervolgens jouw rekeningnummer en inleg bij BrightPensioen in. In principe moeten deze al ingevuld zijn door de Belastingdienst. Maar de ervaring leert dat dit niet bij iedereen het geval is…

    Nadat je de gegevens hebt ingegeven, wordt de sectie Jaarruimte en niet-gebruikte jaarruimte vorige jaren geopend. Hier wordt gecontroleerd of de hierboven opgegeven inleg past binnen de jaar- en reserveringsruimte.

    Het is ook mogelijk de belastingteruggave maandelijks aan te vragen.

    Let op: de vraag “Hebt u in 20XX pensioen opgebouwd” of “Pensioenaangroei in 20XX” heeft geen betrekking op BrightPensioen. Deze vraag heeft betrekking op pensioen dat eventueel bij een werkgever is opgebouwd via de tweede pijler. Als dit het geval is, heb je voor dat jaar een Uniform Pensioenoverzicht ontvangen en daarop staat een factor A.

    Op deze pagina lees je meer over hoe je de belastingaangifte invult met betrekking op jouw pensioeninleg.

  • Wat is reserveringsruimte?

    Elk jaar mag je een deel van je inkomen fiscaal vriendelijk opzijzetten voor je pensioen: de jaarruimte.

    De reserveringsruimte is een deel van de ongebruikte jaarruimtes van de afgelopen tien jaar. Als je in de afgelopen tien jaar jouw jaarruimte niet benut hebt, dan mag je een deel hiervan alsnog bovenop jouw jaarruimte van dit jaar storten. Met de slimme jaarruimte tool van BrightPensioen kun je dit berekenen.

  • Hoeveel mag ik fiscaal vriendelijk voor mijn pensioen opzij zetten?

    Fiscaal vriendelijk betekent dat je vanuit je inkomen (winst uit onderneming of salaris) geld opzij mag zetten voor je pensioen, waardoor je belastbaar inkomen lager wordt. Het maximale deel van je salaris dat je fiscaal vriendelijk opzij mag zetten, wordt je jaarruimte genoemd.

    De niet benutte jaarruimtes uit de tien voorgaande jaren mag je inhalen. Dat heet de reserveringsruimte.

  • Wat als ik teveel (meer dan jaar- en reserveringsruimte) heb ingelegd?

    Als je méér dan de voor jou geldende jaarruimte en reserveringsruimte hebt ingelegd in een bepaald jaar, dan kun je het teveel ingelegde deel niet aftrekken van je inkomstenbelasting.

    De Belastingdienst staat een extra inleg van maximaal € 2.269 aan niet-afgetrokken lijfrentepremies of -stortingen per jaar toe. Daarover hoef je in de uitkeringsfase niet nogmaals inkomstenbelasting te betalen.

    Dit is een maximum bedrag van € 2.269 per jaar wat je aan lijfrente ’teveel’ mag inleggen.

    Om hiervan gebruik te maken, moet je een Verklaring niet-afgetrokken premies (ook wel “saldoverklaring”) aanvragen bij de Belastingdienst.

    Let op! Leg je nog meer in dan je jaar- en reserveringsruimte plus deze € 2.269 in een jaar? Dan is er nog een optie om de verklaring geruisloze terugstorting aan te vragen. Ook dit doe je bij de Belastingdienst.

  • Wat is jaarruimte?

    Als je investeert in je pensioen, word je beloond met belastingvoordeel. Het deel van je inkomen dat je jaarlijks fiscaal vriendelijk opzij mag zetten voor je pensioen, heet de jaarruimte. Met de slimme jaarruimte tool van BrightPensioen kun je dit berekenen.

    Er zit een grens aan de jaarruimte, omdat pensioen opbouwen, in tegenstelling tot ‘gewoon’ sparen, belastingvoordeel oplevert. Je kunt de inkomstenbelasting die je hebt betaald over de inleg terugkrijgen, door de benutte jaarruimte in te vullen bij je belastingaangifte. Je betaalt trouwens ook geen vermogensrendementsheffing over je pensioenpot bij BrightPensioen.