Vragen over Inleggen & opnemen
-
Can I open an annuity account with Bright if I reside abroad?
This is possible; however, please note that in order to open an annuity account (an annuity being an individual pension), you are required to pay income tax in the Netherlands. If you do not pay income tax in the Netherlands, you will be unable to open an annuity account with us, although you may still accumulate assets.
You can do this by opening an investment account with us. Funds deposited into an investment account are freely accessible, and the investment process operates in the same manner as with a pension account. The downside is that contributions to an investment account are not tax-deductible. This is because you are not liable to pay income tax in the Netherlands, and tax benefits apply only to amounts contributed towards your pension.
Would you like to learn more about how this works if you are relocating from abroad? If you are moving from the United States, please click here. For information regarding the implications if you move abroad after residing in the Netherlands, please click here.
Alternatively, see what it means for your pension account if you move abroad but remain within the European Economic Area (EEA).
-
Bijdrage berekenen voor het pensioen van je medewerkers
Hoeveel en op welke manier een werkgever bijdraagt is een afspraak tussen werkgever en werknemer. Hier sta je als werkgever in principe helemaal vrij in. Natuurlijk mèt inachtneming van de regels omtrent gelijke behandeling en beloning van werknemers.
In 2023 is de fiscale ruimte flink vergroot en dit biedt meer mogelijkheden. Het jaarruimtepercentage is verhoogd van 13,3% naar 30%. Mensen kunnen nu dus veel meer opbouwen en je medewerker zal niet snel over het maximum gaan.
Echter: vanaf 2024 is ook de AOW-franchise verhoogd. De AOW-franchise is het bedrag waarover je géén pensioen mag opbouwen. Dat werd verhoogd van € 13.646 naar € 17.545. En dat heeft dus een negatief effect op de hoogte van je inleg, medewerkers met een laag inkomen zullen toch minder jaarruimte hebben. Zie verderop voor meer uitleg.
Let op: de pensioenbijdrage binnen de derde pijler gaat in de vorm van een toelage op het salaris. Het is niet toegestaan dat deze bijdrage in 2024, als gevolg van een hogere franchise, lager wordt.
Goed om te weten: het is niet noodzakelijk om deze (aangepaste) franchise te hanteren voor je werkgeversbijdrage. Belangrijk is dat je medewerkers niet boven het fiscale maximum komen met hun inleg. Misschien is dit het moment de pensioenbijdrage voor je medewerkers te heroverwegen.
In de praktijk komen wij de volgende manieren om de bijdrage te bepalen het meest tegen:
1. Een werkgeversbijdrage als % van het bruto maandsalaris.
Voorbeeld: Hanna verdient € 3.000 bruto per maand. De werkgeversbijdrage is bepaald op 5% van het maandsalaris. De bijdrage komt dan neer op 5% van € 3.000 = € 150 bruto per maand.
Voordelen: Hiermee maak je het jezelf administratief makkelijk. Je bent niet afhankelijk van een – jaarlijks wijzigende – franchise. Ook is dit eerlijker. Medewerkers krijgen allemaal eenzelfde percentage van hun loon. En een franchise is immers ongunstig voor medewerkers met een laag inkomen (zie verderop). Nadeel: Met name bij mensen met een laag inkomen is het mogelijk om boven de franchise uit te komen (zie verderop).2. Een werkgeversbijdrage als % van de officiële grondslag.
Voorbeeld: Hanna verdient € 3.000 bruto per maand. De werkgeversbijdrage is 8% van de grondslag voor lijfrente. De grondslag is het bruto jaarinkomen van het vorige jaar minus de AOW-franchise. Het bruto jaarinkomen van Hanna is € 38.880 (12 x € 3.000 + vakantiegeld). Trek je daar de AOW-franchise vanaf dan kom je op € 38.880 – € 17.545 = € 21.335 als grondslag voor de lijfrente. 8% x € 21.335 = €1.706,80. Dit komt neer op
€ 142,23 werkgeversbijdrage per maand.
Voordeel: Op deze manier is het niet mogelijk om per ongeluk meer dan de jaarruimte in te leggen.
Nadelen: Deze franchise wordt elk jaar hoger. In 2024 is deze zelfs flink verhoogd van € 13.646 naar € 17.545. Je moet de bijdrage dan steeds wijzigen als de franchise wijzigt. Je moet het inkomen van het vorige jaar nemen voor het bepalen van de inleg van het lopende jaar. Ook is een franchise ongunstig voor medewerkers met een laag inkomen (zie verderop).3. Een werkgeversbijdrage als % van een fictieve grondslag.
Een fictieve grondslag is het bruto jaarsalaris minus een vast bedrag, dat vergelijkbaar is met (maar niet hetzelfde als) de AOW-franchise. We nemen € 15.000 als voorbeeld van dit vaste bedrag.
Voorbeeld: Hanna verdient € 3.000 bruto per maand. De werkgeversbijdrage is 8% van de grondslag. Het bruto jaarinkomen van Hanna is € 38.880 (12 x € 3.000 + vakantiegeld). Trek je daar de € 15.000 vanaf dan kom je op € 23.880 fictieve grondslag. 8% x € 23.880 = € 1.910,40. Dit komt neer op € 159,20 werkgeversbijdrage per maand.
Voordelen: Ten opzichte van optie 2: de berekening hoeft niet elk jaar te worden aangepast. En het zal ook hierbij niet snel voorkomen dat iemand per ongeluk meer dan de jaarruimte inlegt.
Nadelen: Je neemt het inkomen van het vorige jaar voor het bepalen van de inleg van het lopende jaar. Een franchise is ongunstig voor medewerkers met een laag inkomen (zie verderop).Let op werknemers met een laag inkomen:
Voor mensen met een laag inkomen is er, ondanks het hogere percentage jaarruimte, een risico dat ze meer inleggen dan hun jaarruimte toelaat. Dat komt door de verhoogde AOW-franchise.
Het omslagpunt voor dat risico van een te hoge inleg ligt op een jaarinkomen van € 20.650. Bij dit inkomen heb je een jaarruimte van € 932 per jaar. Deze jaarruimte geldt zowel in de berekening van begin 2023 (13,3 % over een pensioengrondslag van (€ 20.650 – € 13.343 =) € 7.004) als in de berekening van begin 2024 (30% over een pensioengrondslag van (€ 20.650 – € 17.545 =) € 3.105) . Verdient iemand minder dan € 20.650, dan heeft hij of zij dus in 2024 minder jaarruimte dan vorig jaar.
Toch is het mogelijk om – via optie 1 – alle werknemers hetzelfde percentage te geven. Zo kan voor de werknemers die zo weinig verdienen dat ze hierdoor boven de jaarruimte uitkomen, op een (box 3) beleggingsrekening worden ingelegd. Een andere optie is om voor het bedrag dat boven de jaarruimte ingelegd is, jaarlijks een zogeheten saldoverklaring aan te vragen. Met deze saldoverklaring Op deze manier geef je toch al je werknemers hetzelfde.
Het is dus belangrijk om altijd te controleren of de medewerker voldoende jaarruimte heeft. Dat kan eenvoudig met onze jaarruimte tool.
-
Hoe kun je een verkeerd geïncasseerde inleg voor je werknemer(s) corrigeren?
Het kan gebeuren dat er een te hoog of te laag bedrag is geïncasseerd voor je werknemer(s). Bijvoorbeeld doordat er een salarisaanpassing is geweest en je niet de inleg voor pensioen hebt aangepast. Dit kun je corrigeren dit bedrag te verrekenen met de inleg voor de komende maand(en):
- Bereken eerst wat het verschil is tussen wat er ingelegd had moeten worden en wat er daadwerkelijk is ingelegd. Als het over meerdere maanden gaat, tel je deze bij elkaar op.
- Is er te veel ingelegd? Trek het teveel ingelegde bedrag af van de inleg die de volgende maand (of maanden) geïncasseerd gaat worden. Nadat de incasso(s) gedaan is/zijn, stel je de maandelijkse inleg in op het juiste bedrag. Dus stel de inleg had € 250 moeten zijn en er is gedurende drie maanden per ongeluk € 300 geïncasseerd. Dan moet er € 150 worden verrekend. Dit doe je door de maandelijkse incasso voor de komende maand op € 100 te zetten (dus € 150 lager). Nadat deze incasso heeft plaatsgevonden zet je de maandelijkse inleg in de portal weer op € 250.
- Is er te weinig ingelegd? Dan corrigeer je dat via een eenmalige inleg. Naast een maandelijkse (periodieke) inleg, kun je namelijk ook een eenmalige inleg instellen voor de werknemer. Geef in de portal bij eenmalige inleg het bedrag in wat te weinig is geïncasseerd. Bij de eerstvolgende incasso zal zowel de maandelijkse inleg als de eenmalige (correctie)inleg worden geïncasseerd.
Hulp nodig? Neem dan contact met ons op. Wij kunnen je hierbij helpen.
-
Waarom kan ik pas na 56 dagen geld opnemen van mijn beleggingsrekening?
Voor SEPA-machtigingen geldt een wettelijke storneringstermijn van acht weken. Dit betekent dat je 56 dagen de tijd hebt om de inleg die wij hebben geïncasseerd, terug te draaien. Omdat wij de inleg maandelijks beleggen, is het mogelijk de incasso te storneren, terwijl het bedrag reeds belegd is. Dat willen wij natuurlijk voorkomen!
Daarom is het niet mogelijk een opnameverzoek te doen van bedragen die je minder dan 56 dagen geleden hebt ingelegd via incasso.
Los van de storneringstermijn is het niet verstandig om voor zo’n korte termijn te beleggen. Er kunnen zich uiteraard onvoorziene omstandigheden voordoen waardoor je toch (eerder) geld moet opnemen. Maar in alle andere gevallen, bedenk: beleggen is iets voor de lange termijn.
-
Hebben jullie een (reken)voorbeeld van een salarisstrook?
Zeker. De inleg bij BrightPensioen wordt altijd gedaan vanuit het nettosalaris. Ook als je als werkgever een bijdrage op de pensioenrekening van de werknemer doet. In ons whitepaper voor werkgever vind je een acuteel (reken)voorbeeld.
-
Wat is de standaard handelsdag?
Op de standaard handelsdag wordt de waarde van de beleggingen van het Bright Lifecycle Fonds bepaald. Op basis van de slotkoers van de laatste dag van de maand bepaalt Caceis (voorheen KAS BANK) de intrinsieke waarde van de participaties. Dat wordt ook wel ‘Net Asset Value’, of NAV genoemd.
Bekijk alle belangrijke data voor inleggen of opnemen.
-
Kan ik als werkgever direct op de rekening van mijn medewerkers inleggen?
Ja, dat is mogelijk.
Lees meer over het verschil tussen inleg via de werkgever of via de werknemer in deze FAQ.